Werkgelegenheid bouw weer in de lift

Artikel delen

Na zes jaren van onafgebroken krimp zal de werkgelegenheid in de bouw dit jaar voor het eerst weer toenemen. De totale werkgelegenheid zal in 2015 met 5.000 voltijdse banen toenemen. Na 2015 zal het werkgelegenheidsherstel nog aan kracht winnen. De werkgelegenheid in de bouw neemt de komende zes jaar met bijna 60.000 arbeidsjaren toe, nadat in de crisis 85.000 voltijdbanen zijn verdwenen. Dit concludeert het EIB in het op 29 januari verschenen rapport ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2015’.
 
De bouwproductie liet op veel onderdelen in 2014 al enige groei zien. Alleen bij de nieuwbouw van woningen nam de productie nog met 8% af. Deze daling kwam niet onverwacht en volgde uit de sterke terugval van de woningbouwvergunningen en woningverkopen in 2012 en 2013. In het afgelopen jaar namen de vergunningen en verkopen weer sterk toe en ook de orderportefeuilles in de woningbouw zaten bijna het gehele jaar in de lift. Door een lichte groei bij de herstel en verbouw van woningen en een aantrekkende onderhoudsproductie bleef de totale productiedaling bij de woningbouw beperkt tot 1%. Zowel de utiliteitsbouw als de grond-, water- en wegenbouw vertoonden in 2014 groei, zodat de totale bouwproductie toch met 1% kon toenemen.
 
Woningbouw is de motor van het herstel
De bouwproductie zal dit jaar naar verwachting met 3% toenemen. De nieuwbouwproductie van woningen vormt de motor achter de groei van de bouwproductie met een volumegroei van ruim 11%. Dit is een mooi groeicijfer, maar wel gematigder in vergelijking met eerdere ramingen. Restrictief overheidsbeleid richting hypotheekverstrekking dempt de dynamiek van het herstel. De woningvraag is de afgelopen jaren echter zo zeer achtergebleven bij de huishoudensgroei en de betaalbaarheid van koopwoningen is zo sterk verbeterd dat de productie ondanks het beleid nog een hoge groei te zien geeft. Deze groei moet wel worden bezien in het licht van de uitzonderlijk lage niveaus die inmiddels zijn bereikt. Voor de crisis werden nog 80.000 woningen per jaar opgeleverd, terwijl het aantal opgeleverde woningen in 2014 tot ongeveer 45.000 is gedaald. Op middellange termijn (2016-2020) blijft de nieuwbouw van woningen het belangrijkste groeisegment in de bouw met groeicijfers van gemiddeld rond de 10% per jaar.
De totale woningbouw groeit dit jaar met 5% en in 2016 met 3,5%. Het aflopen van de btw-maatregel drukt de groei buiten de nieuwbouw in beide jaren. Na 2016 valt deze negatieve impuls weg en groeit de totale woningbouwproductie – dankzij de sterke groei bij de nieuwbouw – met gemiddeld 6% per jaar.
Bij de utiliteitsbouw is in de komende jaren sprake van een meer gematigd herstel. De economie trekt enigszins aan, maar de productie wordt gedrukt door leegstand in delen van het commerciële vastgoed. De totale utiliteitsbouwproductie groeit dit jaar met 2,5% en vlakt af tot 2% per jaar in de komende jaren.
Bij de grond-, water- en wegenbouw zit de groei de komende jaren vooral in het bouw- en woningrijp maken van gronden voor de woningbouw, terwijl de investeringen voor infrastructuur en de budgetten bij gemeenten voor onderhoud onder druk staan. De totale gww-productie groeit dit jaar met 1% en neemt toe tot 1,5% per jaar in de komende jaren.
 
Vanaf dit jaar weer werkgelegenheidsgroei in de bouw
Na de enorme uitstoot van werkgelegenheid in de bouw in de afgelopen jaren wordt dit jaar voor het eerst weer werkgelegenheidsgroei gerealiseerd. In 2015 kan de totale werkgelegenheid met 1,5% toenemen. Daarmee reageert de werkgelegenheid naar verwachting wat sneller op het productieherstel dan historisch gebruikelijk is. De arbeidsreserve van de bedrijven is het afgelopen jaar zodanig sterk afgebouwd dat nieuwe productie relatief snel nieuwe arbeidsinzet zal vergen. De groei zal eerst relatief sterk neerslaan bij tijdelijke arbeid (uitzendwerk en detacheringen), maar naarmate het herstel doorzet komt er ook een stevige groei van de reguliere werkgelegenheid bij werknemers. De flexibilisering op de arbeidsmarkt is nog niet ten einde. De werkgelegenheid van zelfstandigen neemt eerst vooral in uren toe, waarna vervolgens ook het aantal zelfstandigen stevig kan toenemen. De totale werkgelegenheid in de bouw – werknemers, zelfstandigen en overige flexibele krachten – neemt de komende zes jaar naar verwachting met bijna 60.000 arbeidsjaren toe, nadat in de crisis 85.000 voltijdse banen zijn verdwenen.
 
Bron: EIB