Voormalig kloosterziekenhuis getransformeerd naar vertrouwd ‘thuis’
Oorspronkelijk stammend uit 1858 en in het begin van de 20e eeuw flink uitgebreid is het voormalige kloosterziekenhuis Angeli Custodes in het Overijsselse Raalte een paar jaar geleden flink gerenoveerd. Het grootste deel van dit complex, dat inmiddels al jaren in gebruik is als een woonzorg- en verpleegcentrum, is het gerenoveerd naar de huidige maatstaven qua zorg en energetische eisen. Maar wel met behoud van vele authentieke kenmerken.
Auteur: Harmen Weijer
Aan de rand van het Overijsselse Raalte is het Angeli Custodes complex een begrip. Het werd al in 1858 aangekocht en uitgebouwd door de Congregatie van de Zusters van Liefde van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid. Dat was een in Tilburg opgerichte katholieke congregatie, die ook in het katholieke Raalte een vestiging wilden hebben. De zusters zetten zich in voor het onderwijs, zieken- en bejaardenzorg, pastorale zorg en maatschappelijk werk.
Het Angeli Custodes gebouw (Latijns voor engelbewaarder) werd in de jaren 1932 tot 1964 gebruikt als ziekenhuis, nu is het een woonzorg- en verpleegcentrum voor psychogeriatrische ouderen. Een sfeervol historisch complex gelegen in het groen met een prachtige tuin. Het monumentale gebouw was toe aan renovatie en daarnaast modernisering om te kunnen voorzien in de zorgvraag van haar bewoners. Daarnaast was het gebouw ook toe aan moderne energetische technieken. In een design-and-build uitvraag is door de hoofdaannemer Bouwbedrijf Gebr. Meijer het Zwolse architectenbureau 19 het atelier ingeschakeld voor een nieuw ontwerp.
“Hoewel het geen kloosterfunctie meer heeft, wonen in het rechterdeel van het complex nog steeds enkele zusters”, vertelt directeur Martijn Endeman van Bouwbedrijf Gebr. Meijer. In de jaren dertig is vooral het aangezicht van het complex naar de toenmalige architectonische standaarden gewijzigd, nog steeds te zien aan de elementen van de Amsterdamse school.
Vier fasen
Omdat de renovatie in bewoonde toestand is uitgevoerd is het werk uitgesmeerd over vier fasen. “In de eerste fase hebben we circa 20 zorgappartementen gerealiseerd met gemeenschappelijke woonkamers, kantoren en bedrijfskeuken. We hebben het pand van binnen helemaal gestript. Er zaten nog houten vloerdelen in en voor de brandveiligheid en het toekomstige gebruik was compartimenteren gewenst. Daarnaast zijn alle installaties vernieuwd. We hebben gekozen voor een systeem van topkoeling die door de bewoners op eenvoudige wijze individueel kunnen worden geregeld. Dat is vooral bij ouderen meer gewenst: ze houden meer van convectiewarmte met behoud van radiatoren en een eenvoudige regeling. Met een uitgebreid programma van eisen zijn we aan de slag gegaan en hebben we een winnend plan gepresenteerd en gerealiseerd.”
Bijzonder in dit deel is het brede, authentieke trappenportaal van de voormalige entree uit de tijd van het kloosterziekenhuis. “Dat hebben we uiteraard laten zitten; het is immers een monumentaal pand. Het enige is dat we voor de zorgfunctie van de merendeel dementerende bewoners goede afsluitingen hebben gerealiseerd. Het is wel nodig dat deze bewoners niet zonder begeleiding naar buiten kunnen.”
In de tweede fase 2 zijn op de begane grond naast nog eens 10 zorgappartementen, ook 10 zorghotelkamers voor tijdelijke opvang bij ziekenhuisopname of kort verblijf gerealiseerd. “Deze kamers worden ook gebruikt door mensen die 2 of 3 dagen per week hier verblijven om het thuisfront te ontlasten en tot rust te laten komen.”
Ruimere entree
De hoofdentree van het zorgcomplex leidt bezoekers en bewoners naar het bedrijfsrestaurant en bijeenkomstruimte, de zogenaamde RIK. “Aanvankelijk stond hier een fors in het oog springende trap naar boven. Die hebben we in deze renovatie geheel verwijderd, waardoor de entree opener en ruimtelijker is geworden en minder bedompt oogt.” In dit deel – uitgevoerd in fase 4 – zijn ook algemene zorgvoorzieningen zoals een fysiotherapie-ruimte, kapsalon en balie gerealiseerd.
Om het complex aan de huidige maatstaven qua zorg te laten voldoen, zijn de appartementen vergroot en zijn er zelfstandige badkamers en pantry’s geplaatst. “Soms komen er verborgen parels naar boven, zoals een prachtige authentieke glas-in-loodschuifwand tussen twee woonkamers. Die is nu weer gerestaureerd en in gebruik genomen zodat er een grote woon-/eetkeuken kon worden gerealiseerd.”
De grote hoogten van de ruimten hadden als voordeel dat veel installaties weggewerkt konden worden. “Vanuit de gangen wordt dat afgetakt naar de appartementen en woonkamers. Omdat het pand een zorgfunctie heeft is een goede, CO2-gestuurde afzuiging noodzakelijk, waarbij nu warmtewinning is toegepast. Dat is ook terug te zien in brandcompartimentering, waarbij bij een brand de brandwerende deuren hun werk goed kunnen doen. Daarnaast zijn alle keukens vernieuwd en van de nieuwste apparatuur voorzien, maar wel in de stijl die de oudere bewoners herkennen van vroeger.”
Corridor tijdens renovatie
Omdat de renovatie in bewoonde toestand plaatsvond, is er een corridor gemaakt tussen de nog niet aangepakte woningen en de gezamenlijke ruimtes. “Die overdekte gang, die ook rolstoelvriendelijk was, hebben we buitenom gerealiseerd, zodat wij binnen door konden werken en de bewoners er niets van merkten. Daarbij hielden we qua sloopwerk en dus lawaai ook rekening met rusttijden van de bewoners. Dat geldt ook voor bijzondere momenten zoals kerkdiensten. Wat dat betreft komt er veel organisatie kijken bij dit soort renovaties en daar zijn wij als organisatie goed op ingericht.”
Aan de buitengevel is vrijwel niets veranderd, maar aan de achtergevel is een balkon toegevoegd. “De woongroep op de eerste verdieping wilde ook een buitenruimte, en daarom hebben we in de binnentuin een groot balkon gerealiseerd in een bijzondere vorm, namelijk die van een boom”, aldus Endeman. In de derde fase is de naastgelegen boerderij gerenoveerd. “Deze doet nu dienst als dagopvang voor bewoners die niet nog niet permanent opgevangen hoeven te worden.”
In totaal zijn er in de renovatie 36 nieuwe appartementen gerealiseerd. In een nog komende fase wordt het laatste deel van het zorgcomplex aangepakt. Daarmee is het pand – anderhalve eeuw oud – klaar voor de toekomst.
Projectgegevens
Opdrachtgever: De Veste (huidig Vechtdal Wonen), Ommen
Hoofdaannemer: Gebr. Meijer Bouwbedrijf, Raalte
Architect: 19 het atelier architecten, Zwolle
Adviseur constructies: Bartels – Lievense Ingenieursburo
Adviseur bouwfysica: Nieman
Installaties: Assink Weustink en Tobi Ellenbroek (Elektrotechnische installaties), Winkels Techniek (werktuigbouwkundige installaties)
Bouwtijd: 12 maanden
Woonzorgcentrum Almelo
Gebr. Meijer Bouwbedrijf is ook op andere plaatsen in Nederland actief met het restaureren en transformeren van karakteristieke zorgcomplexen. Op dit moment is het bijvoorbeeld druk doende met de transformatie van woonzorgcentrum De Klokkenbelt in Almelo. IAA Architecten, die hiervoor het ontwerp heeft gemaakt, heeft een complete facelift voorzien van de buitengevel, de entree en het interieur van de appartementen. Dit pand is in 1952 gebouwd als ‘Tehuis voor ouderen van dagen’ en al in de zeventiger jaren van de vorige eeuw herbouwd. Na een grootschalige renovatie door Bouwbedrijf Gebr. Meijer voldoet het weer aan alle moderne eisen.
Zorgverlener InteraktContour gaat 66 appartementen in gebruik nemen voor mensen met niet aangeboren hersenletsel, 18 appartementen zijn voor huurders van Sint Joseph. Verder komen er meerdere algemene ruimtes (dagbesteding en behandeling) en op de begane grond vestigt zich een eerstelijnsgezondheidscentrum.