Hoe om te gaan met historische installaties?

Bij het restaureren en herbestemmen van monumenten worden niet zelden oude installaties verwijderd en vervangen door nieuwe. Dat is begrijpelijk, want verouderde installaties zijn vaak in een slechte technische staat, voldoen niet meer aan de stand van de techniek of aan wet- en regelgeving, het verkrijgen van onderdelen is lastig of zelfs niet meer mogelijk en ook de veiligheid (denk aan asbest, kortsluiting, e.d.) laat vaak te wensen over. Toch is het belangrijk niet eerst of alleen te kijken naar deze technische en wettelijke aspecten, maar ook naar de historische waarde. Oude installaties maken onderdeel uit van het gebouw als historisch document en verdienen als zodanig meer aandacht dan ze in het algemeen krijgen.

Foto’s: Willard van Reenen, bouwhistoricus en docent

Stappenplan als handvat voor het zorgvuldig omgaan met historische installaties. Het stappenplan is in ontwikkeling. Op https://historische-installaties.nl/behoud/ is de actuele stand te raadplegen, die verder gaat dan het hier weergegeven stappenplan.

Met bouwhistorisch onderzoek worden diverse historische bronnen onderzocht. De belangrijkste bron van onderzoek is het gebouw zelf. Oude gebouwen fungeren als historische documenten die ons inzicht geven over de wijze waarop onze voorouders hebben gewoond, gewerkt en geleefd en de samenleving hebben vormgegeven. Een (oud) gebouw dat behouden blijft, vormt als het ware een stuk gestolde geschiedenis waaruit is af te lezen op welke wijze er werd gebouwd, wat de ontwikkeling is geweest van constructies, hoe men dacht over het gebruik van ruimten, de boodschap die architectuur uitdraagt, enz.

Charter van Venetië

In 1931 werd in Venetië op Europees niveau een congres over monumentenzorg gehouden. Bij die gelegenheid werd een handvest opgesteld dat beschreef waaraan de instandhouding van monumenten zou moeten voldoen. Pas in 1964 volgde een tweede congres, eveneens in Venetië. Tijdens die bijeenkomst werd de definitieve versie van het handvest vastgesteld. Dit document staat bekend als het ‘Charter van Venetië’.

Dat het gebouw an sich een belangrijke historische bron is, werd in Venetië onderkend. In het derde artikel van het Charter is te lezen ‘De conservering en restauratie van monumenten hebben als oogmerk de objecten als kunstwerk en als historisch document te behouden’.

URL 2007

In de nieuwe, vorig jaar verschenen, uitvoeringsrichtlijn voor bouwhistorisch onderzoek met waardestelling (URL 2007) wordt expliciet aandacht gevraagd voor installaties. De bouwhistoricus is hiermee verplicht om bij bouwhistorisch onderzoek de nodige aandacht te besteden aan installaties (met de bijbehorende machines en eventueel werktuigen en gereedschappen) en deze mee te nemen in de beschrijving en de waardestelling. Historische installaties maken deel uit van het gebouw als historisch document en vertellen ons veel over de wijze waarop gebouwen werden bewoond en gebruikt en op welke wijze het wonen en werken comfortabeler en gemakkelijker werd gemaakt.

Stroomschema voor behoud

Om handvatten te bieden voor het behoud en de instandhouding van historische installaties, is door mij een stroomschema in elkaar gezet met toelichtende teksten. Dit kan dienen als hulpmiddel voor het zorgvuldig omgaan met historische installaties. Ook wordt in dit schema aandacht besteed aan installaties die niet meer functioneel zijn te maken, of zelfs uit het gebouw worden verwijderd. Wanneer installaties niet meer functioneel zijn te maken, is een museale opstelling een goede mogelijkheid als weergave van een tijdsbeeld van een belangrijke technische ontwikkeling in relatie tot het gebruik van het bouwwerk. Dan is het wel noodzakelijk deze veilig te maken en het principe van good housekeeping te hanteren. Wanneer installaties toch verwijderd worden, dan wordt gepleit deze voor verwijdering te documenteren en op zoek gaan of deze eventueel geschonken kunnen worden aan een museum.