Project in Beeld
Boreelkazerne weer vaste grond onder de muren
De Boreelkazerne is Deventer is al ruim anderhalve eeuw oud. De renovatie en herbestemming van het gebouw tot kantoren en winkels was vooral uit constructief oogpunt een lastige opgave, maar ook een uitdaging, aldus JVZ Raadgevende Ingenieurs. Uit onderzoek bleek onder meer dat de kazerne was gefundeerd op geroerde zand-, klei- en puinlagen. Er gingen heel wat kuubs beton en waterglas de grond in voor versterking. Ook de houten verdiepingsvloeren kregen een extra ondersteuning.
Tekst: Carla Debets Bouwtekst; Beeld: JVZ, Carla Debets
(Artikel bekijken als gepubliceerd in RenovatieTotaal
klik hier)
In de Boreelkazerne is nu circa 9000 m2 oppervlak aan winkel- en kantoorruimten gerealiseerd. Op de begane grond en eerste verdieping van het U-vormige complex liggen de ruimten voor winkels. Deze sluiten aan bij het compleet nieuwe winkel- en bioscoopcomplex op het terrein waar vroeger diverse gebouwen van de kazerne stonden, zoals de paardenstallen. Op de tweede verdieping en de zolderverdieping is ruimte voor kantoren.
De kazerne dateert uit 1849 (zie kader) en heeft een statige en monumentale uitstraling. Kenmerkend zijn de baksteengevels met lichtgekleurde waterlijsten tussen de verdiepingen en grote gietijzeren rondboogvensters. Onder de houten bakgoten bevinden zich witgepleisterde gootlijsten met spinnenkopvensters. De kazerne heeft vier bouwlagen (drie + zolder) waarbij de hoogste vloer op circa 12 meter boven maaiveld ligt. De hoofddraagconstructie bestaat uit gemetselde gevels en dragende binnenwanden, met houten vloeren. De originele vloeren overspannen de zijvleugels in één keer (8,5 meter) en het hoofdgebouw via een middenondersteuning. Opmerkelijk – maar gebruikelijk voor die tijd – is dat de gevels bestaan uit massief metselwerk: van 2,5 steens dik op de begane grond tot respectievelijk 2 en 1,5 steens voor de bovenliggende verdiepingen.
Constructieve aanpak
De herbestemming tot winkel- en kantoorruimtes leidde tot forse aanpak en ingrepen in de constructie. Enerzijds om deze te versterken waar nodig, anderzijds om meer flexibiliteit in het gebouw te brengen door grotere oningedeelde ruimtes. Belangrijk uitgangspunt bij de aanpak was om zoveel mogelijk gebruik te maken van de bestaande constructie, dit was ook een eis van vanuit monumentenzorg.
De constructieve aanpak bestond vooral uit het versterken van de fundering en de houten verdiepingsvloeren. Ook moesten er extra voorzieningen komen voor diverse doorbraken én voor nieuwe elementen in de gevels. In de gevels diende daarnaast herstel van scheuren in het metselwerk plaats te vinden.
Aanpak fundering
De kazerne is gefundeerd op staal, met een aanlegniveau van 85 centimeter beneden maaiveld. Daaronder bevinden zich de geroerde klei- en puinhoudende zandlagen tot circa 2,5 tot 3 meter diep. Ongelijkmatige zettingen van deze lagen hebben geleid tot ernstige scheurvorming, mede omdat de gemetselde constructies niet waren voorzien van dilataties. Vooral de gevel van de zijvleugel aan de straatzijde (Kazernestraat) en de achtergevel van het hoofdgebouw – tegenover de nieuwbouw – vertoonden forse scheuren.
JVZ besloot de fundering te verbeteren door vergroting van de aanlegbreedte. Constructeur Hans Tuinte: ‘Hiervoor werd een trapeziumvormig injectielichaam van waterglas aangebracht waardoor de belastingen over een grotere breedte worden gespreid. Het waterglas werd door middel van injectielansen aangebracht onder lage druk (circa 2 bar). Hierdoor werd de aanlegbreedte bijvoorbeeld verbreed van 92 cm naar 150 cm.
Versterking houten vloeren
Alle verdiepingsvloeren bestaan uit grenen balklagen (240 x 280 mm, 115 x 290 mm en 115 x 315 mm, h.o.h 700 mm), met daarop 4-duims ofwel 40 mm dikke planken. Deze vloeren overspannen van gevel tot gevel, of tot de dragende middenwand (in het hoofdgebouw). De overspanningen variëren daardoor van 7,2 tot 7,6 meter. Voor de nieuwe functies met hogere belastingen werd besloten deze overspanningen te reduceren door een extra ondersteuningsconstructie. Daardoor zou tevens de doorbuiging verminderen en binnen de toelaatbare eisen komen.
De ondersteuningsconstructie bestaat uit ronde betongevulde kolommen met daarover HE220A-liggers. De kolommen staan h.o.h. 4075 mm in de lengterichting van de gebouwen en op afstanden van 4,375 meter van de buitengevels. Dit is gedaan vanwege de symmetrie met de bestaande gangzone en mogelijkheid tot nieuwe gangzone. Net als de bestaande gevels verjongen naar boven, verlopen ook de afmetingen van de kolommen naar boven toe: van circa 220 mm op de begane grond tot 178 mm op de derde verdieping. De ondersteuningsconstructie is zó uitgevoerd dat geen aanpassingen aan de bestaande fundering nodig waren: de nieuwe kolommen zijn apart gefundeerd op een stalen buispaal.
De bestaande vloerplanken waren op diverse plaatsen beschadigd of aangetast. Waar nodig zijn deze vervangen. Bovendien zijn de balklagen voorzien van dubbele triplexplaten om de schijfwerking van de vloeren te verbeteren. Onder de balklagen zijn plafonds met gipsplaten aangebracht om onder meer de brandveiligheid van de vloeren op 60 minuten te brengen.
Herstel scheuren in metselwerk
Om de scheuren in het metselwerk te herstellen is gebruik gemaakt van het Total Wall Concept. Hierbij werden op diverse plaatsen de horizontale voegen opengelegd tot circa 60 mm diepte en voorzien van extra wapeningsstaven. Vervolgens zijn de voegen weer gevuld met een tweecomponentenmortel.
De oude voegen waren slechts 2 mm dik. In het gebouw zijn alle voegen 25 mm diep uitgehakt en in het gevelvlak verbreed van 2 mm naar 10 mm.
Extra ondersteuningen
In het gebouw waren op diverse plaatsen extra ondersteuningen noodzakelijk, onder andere voor versterking van de bestaande hoofddraagconstructie. Voor een grotere flexibiliteit in de toekomst zijn nieuwe stabiliteitsportalen geplaatst, gefundeerd op de eerder genoemde grondinjecties. De rechtervleugel (aan de Kazernestraat) bleek zelfs zo’n 16 cm verzakt te zijn. De scheefstand was zodanig dat hier twee stabiliteitsportalen noodzakelijk geacht werden. In het centrale deel is bovendien voor de nieuwe technische installaties het bestaande staal vervangen door een nieuwe staalconstructie. In de hoeken van het gebouw kwamen ook nog nieuwe vluchttrappenhuizen.
Voor de nieuwe elementen in de gevels zoals serre, erkers en entree waren doorbraken in de gevels en binnenwanden noodzakelijk. Stalen kolommen en balken die voor opvang van de bestaande constructies moeten zorgen, kregen zonodig een nieuwe fundering.
Handhaven gevelbeeld
Om het gebouw te isoleren en toch het gevelbeeld te behouden, zijn aan de binnenzijde voorzetwanden met isolatie aangebracht. De gietijzeren ramen zijn waar mogelijk gerestaureerd en voorzien van achterzetramen. Deels zijn de ramen vervangen door overgebleven ramen uit gesloopte bouwdelen.
Ook de zolderruimten zijn geschikt gemaakt voor kantoorruimten. Hier zijn de fraaie houten spanten gehandhaafd en in het zicht gebleven. De daken zijn voorzien van geïsoleerde dakplaten. Daglicht komt binnen via de gerestaureerde ronde vensters én door nieuwe Velux dakramen.
Monumentenzorg stond wel toe dat architect Johans Kreek enkele eigentijdse elementen toevoegde in de gevels: een aantal serres en een twee verdiepingen hoge erker hangen als glazen dozen aan de gevel en de centrale entree is nu duidelijker zichtbaar door de ‘juwelendoos’: een voorportaal waarvan de gevels zijn afgewerkt met goudkleurige metalen beplating. Doordat de nieuwe elementen een sterk contrast vormen, versterken zij het historische en monumentale karakter van het gebouw.
Voor het 4e Regiment Dragonders
De bouw van de Boreelkazerne startte in 1847, volgens een ontwerp van stadsarchitect Bernardus Looman, samen met Johan Rijsterborgh. De architect had voor het ontwerp van de kazerne goed gekeken naar voorbeelden in onder andere Den Haag (Oranjekazerne) en in Leeuwarden (Frederikkazerne) Het gesloten rechthoekige karakter was een duidelijke overeenkomst tussen de gebouwen. Het terrein waarop de kazerne is gebouwd, was voor die tijd onderdeel van de Deventer vestingwerken.
Het hoofdgebouw omvatte vooral slaapzalen voor manschappen en een tiental woningen voor gehuwden (totaal zo’n 900 man) , met daarnaast een keuken, zalen voor onderwijs, een bibliotheek, werkplaatsen en magazijnen. Later speelde de Boreelkazerne een belangrijke rol in het militaire verbindingsnetwerk: het was één van de zes Militaire Knooppunt Centrales. In 1995 verlieten de laatste militairen de kazerne. Na leegstand, kraken, brand, dichttimmeren van ramen en deuren, een plan van Jan des Bouvrie voor een nieuwe vestiging van Het Arsenaal, is het hoofdgebouw nu eindelijk fraai gerestaureerd en klaar voor nieuwe gebruikers.
Bouwgegevens
Opdrachtgever: DC Vastgoed Ontwikkeling, Deventer
Ontwerp: Architectenburo Johans C.G. Kreek, Deventer
Bouwkundige uitwerking: BAZ, Zwolle
Uitvoering: Bramer, Vriezenveen
Adviseur constructies: JVZ Raadgevend Ingenieursburo, Deventer
Adviseur bouwfysica: Buro Nieman, Zwolle
Start renovatie: najaar 2009
Oplevering: november 2011
Bruto vloeroppervlak: circa 9000 m2
Bruto inhoud: 35000 m3