Van ‘één grote koudebrug’ tot comfortabele, gasloze school

Artikel delen

Het schoolgebouw van De Goudse Waarden aan de Heemskerkstraat in Gouda wordt grondig gerenoveerd. Het betoncasco wordt behouden, omdat sprake was van een prima structuur met openheid, veel daglicht en voldoende ruimte en hoogte. De nieuwe bouwkundige en installatietechnische invulling voegt de nodige kwaliteiten toe. Met extra openheid, fysieke verbindingen tussen gebouwdelen, betere toegankelijkheid, alsmede in de vorm van een gasloos en (bijna) energieneutraal schoolgebouw. Vooral door naast een rits aan zonnepanelen en WKO-installatie gebruik te maken van het ruim 60 jaar oude betonskelet dat via nieuwe dekvloeren met ultradunne vloerverwarming als een soort betonkernactivering gaat functioneren bij verwarming en koeling.

Artist impressions: Gortemaker Algra Feenstra – Architecture Development Research

Het ruim 60 jaar oude schoolgebouw van De Goudse Waarden wordt grondig gerenoveerd en verduurzaamd.

Het ruim 60 jaar oude schoolgebouw van De Goudse Waarden wordt grondig gerenoveerd en verduurzaamd.

De Goudse Waarden (DGW) is een brede Christelijke Scholengemeenschap voor praktijkonderwijs tot en met gymnasium. “De renovatie van hun schoolgebouw aan de Heemskerkstraat kent een ambitieuze aanpak,” benadrukt Femke Feenstra, architect-directeur van Gortemaker Algra Feenstra Architecten. “Er is gekozen om een gebouw uit 1960, met uitbreidingen uit 1969 en 2002, te behouden. Uiteraard is er veel gediscussieerd over renovatie of sloop/nieuwbouw, maar je laat nu aan kinderen, ouders en omgeving zien dat je niet alles hoeft weg te gooien maar kunt hergebruiken. Het past ook bij de naam Goudse Waarden. Opdrachtgever gemeente Gouda had echter tegelijkertijd de ambitie voor een gasloos gebouw. Dan zit je met een betonnen gebouw dat één grote koudebrug was. Toch bleek het mogelijk om het gebouw bouwkundig en bouwfysisch zodanig te verbeteren dat het gasloos zou kunnen worden. Met losse gasflessen voor de scheikunde- en natuurkundelokalen.”

De betonstructuur wordt behouden en krijgt een nadrukkelijke rol in de architectuur.

De betonstructuur wordt behouden en krijgt een nadrukkelijke rol in de architectuur.

Sleutel is vloerverwarming

Het gebouw krijgt vloerverwarming in de dekvloer die constructief wordt verbonden met de betonconstructie; zo ontstaat een vorm van betonkernactivering.

Het gebouw krijgt vloerverwarming in de dekvloer die constructief wordt verbonden met de betonconstructie; zo ontstaat een vorm van betonkernactivering.

Senior/projectarchitect Rien Trouborst legt uit: “Het hoofdgebouw uit 1960 heeft één van de eerste betonconstructies uit die tijd. Met in het werk gestorte ‘kanaalplaatvloeren’ met kartonnen kokers daarin om de vloeren lichter van gewicht te maken en materiaal te besparen. We hebben ervoor gekozen om die vloeren constructief te versterken met een betonnen stortlaag waarin de vloerverwarming is opgenomen. Een ultradun WARP vloerverwarmingssysteem waarbij de netten ook nog eens razendsnel aan te brengen zijn. Door de dekvloer constructief te verbinden met de bestaande betonvloeren kunnen we het hele betonskelet gaan benutten voor verwarming en koeling volgens het principe van betonkernactivering. In feite is de vloerverwarming de sleutel tot het gasvrije gebouw. Geen radiotoren, geen cv, geen gas, maar een WKO-installatie zorgt voor verwarming en koeling. En de energie komt van de zonnepanelen op het dak.”

Thermische jas

De sleutel voor gasloos is tevens de nieuwe thermische jas voor het gebouw. Femke Feenstra: “We hebben de gevel naar buiten geplaatst, los van de betonstructuur om zo de koudebruggen weg te nemen. Het gebouw had prachtige taatsramen en die komen in een nieuwe variant terug. Hoogwaardig geïsoleerde aluminium kozijnen met grote kantelramen met dubbelglas. In de vaste ramen komt zelfs driedubbel glas. De betonstructuur wordt geïsoleerd en gestuukt en wordt door de losse positie nadrukkelijker onderdeel van de architectuur. De opvallende ramen worden hier en daar nog vergroot door de borstwering weg te zagen. Zo wordt het binnen-buitengevoel versterkt. En je krijgt als het ware vensters waarbij voorbijgangers de activiteiten in de school kunnen zien. Het dak wordt opnieuw geïsoleerd en de halfverdiepte kelderwanden worden van buitenaf geïsoleerd. Bij het kelderdak gebeurt dit van bovenaf. Ook de vloeren van gymzalen en aula worden na-geïsoleerd. In de kelder zitten de fietsenstalling en de lockerruimte. De vloer in de fietsenstalling wordt in tegenstelling tot de wanden niet geïsoleerd; die ruimte mag wat koeler zijn. Wij zijn blij dat dat we het gebouw hergebruiken, want de splitlevel opzet geeft ons mogelijkheden om gebouwdelen qua beleving met elkaar te verbinden en nog meer openheid te laten ervaren. Het gebouw was door de aanbouwen toch wat ‘verrommeld’. Nu is alles weer visueel en fysiek met elkaar verbonden. Er wordt het nodige doorgebroken in de betonstructuur om die openheid en verbinding te realiseren.”

De luchtbehandeling is zodanig ontworpen dat deze nauwelijks door of onder de balkenstructuur loopt.

De luchtbehandeling is zodanig ontworpen dat deze nauwelijks door of onder de balkenstructuur loopt.

Toegankelijkheid

Er is al veel daglicht in het gebouw, maar hier en daar worden borstweringen weggezaagd voor een nóg nadrukkelijkere binnen-buiten-beleving.

Er is al veel daglicht in het gebouw, maar hier en daar worden borstweringen weggezaagd voor een nóg nadrukkelijkere binnen-buiten-beleving.

Die openheid betreft ook een latere aanbouw die het zicht op de entree wegnam. Deze aanbouw is gesloopt om een nieuwe, heldere entree met foyer en luifel te kunnen realiseren. Daarachter ligt de aula. “De entree is te bereiken via een brede trap met hellingbaan ertussen. We willen dat minder validen samen met hun vrienden en vriendinnen naar binnen kunnen en niet via allerlei zijwegen.”

Huidige maatstaven

Het oudste gebouwdeel bleek het beste te zijn voor de lesfuncties. Rien Trouborst: “Dit deel heeft ruimte en hoogte. De latere gebouwen, zoals het deel uit 2002, zijn meer gedrongen en hebben minder daglicht. Daar komen de staffuncties te zitten. In het hoofdgebouw heb je brede gangen met veel daglicht, met de lokalen er op een ‘ouderwetse manier’ naast. In die gangen hebben wij aparte studieplekken gemaakt. We werken daar tevens met houten meubelen. Inclusief afvalbakken, waarbij de leerlingen hun afval goed kunnen scheiden. Hout wordt ook ingezet bij de plafonds voor de aula en de entree. Het gebouw moet wat akoestiek, brandwerendheid en comfort naar de huidige maatstaven worden opgewaardeerd. Zo plakken wij tegen de plafonds akoestische panelen. Het comfort komt voort uit de nieuwe ramen en de installatietechniek. De ramen hebben zonwerend glas en screens houden zon en warmte nog meer buiten, met name aan de zuidkant.”

In de brede gangen worden veel functies ondergebracht, zoals de installatietechniek, maar ook studieplekken en meubelen voor afval en planten.

In de brede gangen worden veel functies ondergebracht, zoals de installatietechniek, maar ook studieplekken en meubelen voor afval en planten.

Luchtbehandeling

De entree en aula krijgen extra openheid.

De entree en aula krijgen extra openheid.

De luchtbehandeling is slim opgelost door vanuit de nieuwe luchtbehandelingskasten op het dak een zodanig netwerk te ontwerpen dat nauwelijks door of onder bestaande betonbalken moet worden geïnstalleerd. Trouborst: “We hebben hier en daar extra verticale schachten ontworpen om met kortere horizontale leidingtrajecten te kunnen werken. De hoofdleidingen liggen boven het verlaagde plafond in de gangen. Vandaaruit wordt zo hoog mogelijk frisse lucht ingeblazen in de lokalen en andere ruimten. De lucht wordt volgens een natuurlijk, energiearm overdrukprincipe aan de onderzijde in de gang afgevoerd. In de kelder is plek voor de WKO-installatie en de trafo’s.”

Signaal afgegeven

De gevelbekleding wordt naar buiten geplaatst om de koudebruggen weg te nemen.

De gevelbekleding wordt naar buiten geplaatst om de koudebruggen weg te nemen.

Met alle maatregelen komt de renovatie al gauw op het kostenniveau van nieuwbouw, schat Femke Feenstra in. “Met dien verstande dat het bestaande schoolgebouw extra kwaliteiten bezit, zoals het splitlevelniveau, de kelder, eigen gymzalen etc. De gemeente Gouda en de school geven met het besluit tot renovatie een signaal af dat hergebruik vaak mogelijk is. DGW is dan ook een voorbeeldproject voor komende schoolrenovaties. Dit gebouw moet de komende 40 jaar functioneren. Dat kan prima met alle voorzieningen en de lage energierekening.”

Speciaal project

TBI-bedrijven J.P. van Eesteren en Croonwolter&dros zijn als bouwcombinatie  verantwoordelijk voor de realisatie. “We hebben de aannemer vroegtijdig in het DO+-stadium betrokken om ontwerp en uitvoering op elkaar af te stemmen. Andere partners in het bouwproces zijn ZRi voor het bouw(kosten)management, SWINN voor de constructie en Merosch voor de energie- en installatie-adviezen. We slagen er samen in om hier een statement te maken hoe een ouder schoolgebouw een nieuw leven kan krijgen,” aldus Feenstra. “Met als extra inspiratie dat de kinderen van Rien en andere collega’s van ons architectenbureau op deze school hebben gezeten. Elk project is speciaal, maar dit nog even een tandje meer. Het mooiste bij dit project is dat de opdrachtgever qua budget ruimte geeft aan de hoge ambities. Dat gaan de leerlingen en personeel straks aan den lijve ervaren.”

Het bestaande gebouw heeft extra kwaliteiten in de vorm van sportzalen en een kelder.

Het bestaande gebouw heeft extra kwaliteiten in de vorm van sportzalen en een kelder.