Grote kansen voor circulaire energierenovaties

Artikel delen

Veel woningen worden de komende jaren gerenoveerd, maar dat gebeurt te weinig circulair. En dat terwijl maar liefst 40% CO2-uitstoot vermeden kan worden als de zogeheten materiaalgebonden emissies omlaag worden gebracht door circulair te renoveren. Dit blijkt uit onderzoek, dat is uitgevoerd door een breed consortium aan partijen in samenwerking met de topsectoren Energie en Bouw & Techniek.

70% van de materiaalgebonden emissies zijn gekoppeld aan de renovatieopgave. Waar er beleid, sturingsmechanismen en programma’s zijn op het vlak van energiebesparing en circulaire nieuwbouw, ontbreken deze vooralsnog voor circulaire energierenovaties. Dit terwijl maar liefst 40% van de materiaalgebonden emissies vermeden kunnen worden door circulair te renoveren.

In het Klimaatakkoord is afgesproken om in 2030 3,4 Mton minder CO2 uit te stoten in de gebouwde omgeving. Daarom ondergaan woningen en utiliteitsgebouwen de aankomende periode energierenovaties. Er is wel veel materiaal nodig voor deze verduurzamingsopgave. Er is dus een keerzijde van deze verduurzaming, omdat deze gepaard gaat met een hoge mate aan materiaalgebonden emissies.

De meeste inspanningen voor circulair bouwen is echter gericht op nieuwbouw. Zo is er sprake van beleid, is er een sturingsmechanisme en zijn er diverse programma’s om de materiaalgebonden emissies van de nieuwbouw te verlagen. Voor circulaire (energie)renovaties ligt er op dit gebied “onbenut potentieel”, zeggen de onderzoekers.

Verwarmingsinstallaties

In de installatietechniek liggen de grootste kansen voor het toepassen van circulaire renovaties. Dat geldt vooral voor de verwarmingsinstallaties, aangezien deze bij de huidige manier van renoveren de meeste uitstoot met zich meebrengen. Interessant is dat bij een betere de energetische kwaliteit van de gebouwschil (met name betere isolatiewaarde), de impact van de verwarmingsinstallatie ook lager wordt. Deze is immers minder nodig en kan zo bijvoorbeeld kleiner worden gebouwd met minder materiaal.

De potentie van hergebruik van vrijkomende materialen voor circulaire energierenovaties concentreert zich met name rond de grote steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht). Maar liefst 60% van de vrijkomende materialen kan met de bestaande infrastructuur en aanwezigheid van hergebruik hubs gevangen worden.

UPV herzien

Om de circulariteit van installatiesector te versterken is het wenselijk dat het huidige systeem van Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV) wordt herzien, blijkt uit dit onderzoek. Het huidige UPV systeem is nog teveel ingericht op inzameling en laagwaardige verwerking, terwijl een circulair ontwerp kan leiden tot ruim 60% milieu-impactreductie van installaties.

Het consortium bestond uit: Stichting W/E Adviseurs, TU Eindhoven, Metabolic, Nibe, Nieman, Marjet Rutten, Alba Concepts, LBP | Sight, SGS Search, TU Delft, DGBC, Circular Catalyst en Copper8 (penvoerder).

Bron: Copper8